Openbare kunst

Cross-overs en co-creatie, Inspiratie

Openbare kunst

Door: Jeroen Junte | 18-10-2014

De afgelopen 10 jaar heeft het Rotterdamse bedrijf Mothership al meer dan 250 kunstprojecten in de openbare ruimte van de grond gekregen. Dat zijn soms tijdelijke installaties, zoals de lichtprojectie van de brandgrens van het bombardement van Rotterdam, maar ook permanente kunstwerken, zoals in de onlangs geopende Markthal. Architecten zijn steeds meer bereid om kunst te integreren in hun ontwerp. En soms vraagt Mothership zelf architecten voor een kunstproject.

Waarom geen voetbalkooi maken in de vorm van een kerk? Dit gewaagde idee werd door een kunstenaar gepitched bij Jeroen Everaert van Mothership, een productiebureau voor kunst in de openbare ruimte. ‘Spannend’, was zijn oordeel. ‘Voetbalkooien zijn altijd van die stalen dozen met tralies, net een gevangenis. Dan is het vormgeven van een gesloopte kerk toch veel leuker. En zo blijft de kerk na sloop voortbestaan. Dus zijn wij op zoek naar een manier om dit ontwerp daadwerkelijk te realiseren.’
Dit is in het kort de werkwijze van Mothership. De afgelopen tien jaar heeft dit Rotterdamse bedrijf al meer dan 250 kunstprojecten van de grond gekregen. Dat kunnen tijdelijke installaties zijn, zoals een vlaggenparade van de ongeveer 150 coureurs van de Tour de France bij de start van dit wielerevenement in Rotterdam in 2010. Maar het kan ook een permanent kunstwerk zijn, zoals een video-installatie of een standbeeld van Ketelbinkie. ‘Maar alle projecten staan in de publieke ruimte.’ Ook de manier waarop de projecten van de grond komen verschilt sterk. Soms wordt Mothership benaderd met een vraag van een gemeentelijke instelling of een welzijnsorganisatie voor een kunstwerk dat bijvoorbeeld de sociale cohesie in een wijk bevordert of sport en kunst integreert. ‘In het laatste geval zullen wij bijvoorbeeld de voetbalkooi pushen.’ Maar ook gaat Everaert zelf de boer op om opdrachtgevers te interesseren voor kunstprojecten. ‘Misschien moet ik die voetbalkooi laten zien bij de Cruyff Foundation. Je weet maar nooit.’

Markthal

Steeds vaker zijn het projectontwikkelaars die aankloppen bij het Rotterdamse bedrijf. ‘Vroeger kreeg een kunstenaar te horen: doe maar wat bij de entree, als het maar niet aanstootgevend is. Maar tegenwoordig moet de kunst meerwaarde genereren voor het gebouw. Er is momenteel niet zoveel vraag naar bijvoorbeeld nieuwe kantoorpanden. Dus als er een pand wordt gerealiseerd, dan moet dat onderscheidend zijn.’ Ook merkt Everaert een toenemende bereidheid bij architecten om kunst te integreren in hun ontwerp. ‘Voor het ontwerp van de bogen van de Markthal in Rotterdam hebben kunstenaar Arno Coenen en architectenbureau MVRDV echt samen om de tafel gezeten. Zo krijgt de kunst een meerwaarde voor het gebouw.’
Voor de ronde boog van de Markthal in Rotterdam, een ontwerp van MVRDV, heeft kunstenaar Arno Coenen en zijn team een ‘legpuzzel’ van bijna 4500 panelen ontworpen die ‘Hoorn des Overvloeds’ verbeeldt. Het kleurrijke mozaïek van 11.000 m2 is een zorgvuldig opgebouwde computeranimatie die is gerealiseerd met medewerking van de Amerikaanse animatiegigant Pixar Studios. ‘In ons oorspronkelijke ontwerp was al het idee om de binnenkant van de boog te voorzien van een kunstwerk dat refereert aan de functie van markt’, zegt Jan Knikker van MVRDV. ‘Maar ook andere opties passeerden de revue, zoals een led-gevel. Bewoners zouden vervolgens zelf de afbeelding op dit grootste tv-scherm van Nederland kunnen zien, bijvoorbeeld een ondergaande zon of de skyline van Hongkong. Een ander idee was een spiegelwand, zodat het gebouw één grote discobol zou worden. Uit de prijsvraag die Mothership heeft georganiseerd zat ook de Hoorn des Overvloeds van Arno Coenen, die aansloot bij ons aanvankelijk plan. De afbeeldingen van voedsel refereren aan de 17de-eeuwse stillevens en verbeelden de overvloed die vanuit de hele wereld samenkomt op deze markt. Daarbij is het een kleurrijk werk waarin veel valt te ontdekken, zodat het spannend blijft, wat onontbeerlijk is voor een kunstwerk in de openbare ruimte.’

Superuse Studios

Mothership werkt ook samen met architecten en in sommige gevallen vraagt Mothership zelf de architect voor een kunstproject. ‘Superuse Studios heeft met ons een mobiel podium van oude fietsen voor de Floriade en een groene gevelinstallatie voor de gemeente Rotterdam gerealiseerd.’ Het voordeel van deze samenwerking met Mothership voor de kunstenaars en architecten is dat alle organisatorische rompslomp uit handen wordt genomen, zegt Karola van Rooyen van Superuse Studios (voorheen 2012 Architects). ‘We hoefden ons daarbij alleen bezig te houden met het creatieve proces.’ Daarbij beschikt Mothership over een netwerk waar de meeste architecten geen toegang tot hebben. ‘De geveltuin en het verrijdbare podium zijn opdrachten die we anders nooit hadden gedaan, simpelweg omdat wij het bestaan ervan niet wisten.’
In afwachting van de start van de bouw van het nieuwe Stadskantoor van OMA zou het oude gebouw bijna twee jaar leeg komen te staan. Mothership werd in opdracht van de gemeente Rotterdam gevraagd een pitch uit te schrijven voor vier kunstenaars. Omwonenden en ondernemers gevestigd rondom het Stadskantoor mochten de winnaar aanwijzen en kozen voor een ontwerp van Superuse Studios (toen nog 2012 Architecten). ‘Op de houten platen waarmee de ramen waren dichtgespijkerd hebben we een reusachtig bos geschilderd’, vertelt Karola van Rooyen. ‘Aan de bomen hebben we grote bakken met planten gehangen met bloemen die in verschillende seizoenen bloeien. In plaats van bladeren groeiden aan deze bomen dus kleurige bloemen. Deze verticale tuin werd met een ingenieuze dakconstructie bewaterd met regenwater. Voor het stadskantoor hebben we een grasveld aangelegd dat fungeerde als ontmoetingsplek voor buurtbewoners. Aan het einde van het project werden de bloemen uitgedeeld aan de omwonenden.’

Brandgrens

‘De missie van Everaert is zoveel mogelijk mensen laten kennis maken met kunst. ‘Dus ook ome Piet en tante Sjaan. We produceren een kunstwerk voor een spoorfaçade in Tilburg maar ook voor de Feyenoord supportersvereniging.’ Bij dit missiewerk schuwt Mothership het grote gebaar niet. Veel van de openbare kunstwerken neigen naar spektakel. ‘Onvermijdelijk’ noemt Everaert dit. ‘Het is kunst waar niemand om heeft gevraagd en moet dus meteen aanspreken.’ Ter gelegenheid van het Jaar van de Architectuur in 2007 in Rotterdam werd het bombardement van 1940 herdacht met een kilometerslange lichtinstallatie, een van de weinige projecten die Mothership zelf bedacht en uitvoerde. ‘Met grote lampen die omhoog schenen hebben we de grens van het bombardement in de lucht gemarkeerd, wat er indrukwekkend, bijna dramatisch uitzag.’
Maar louter een wow-effect is niet genoeg. ‘Je moet ook iets te vertellen hebben, anders blijven mensen niet hangen.’ De gemeente Nieuwerkerk aan de IJssel, die op het laagste punt van Nederland ligt, wilde bijvoorbeeld een tijdelijke mascotte. Kunstenaar Florentijn Hofman had daarvoor een reusachtige muskusrat bedacht. ‘De bewoners ontploften. Een rat?! Maar toen we uitlegden dat de muskusrat in de dijken woont en daarmee het lot van de gemeente in handen heeft, waren ze om. De sculptuur werd vervolgens gemaakt van riet, dat is de natuurlijke habitat van de muskusrat. Uiteindelijk was er zelfs een actie om het kunstwerk een permanent plek te geven.’ Daarbij kan een kunstwerk ook praktisch nut hebben, bijvoorbeeld door positief bij te dragen aan gebiedsontwikkeling of de sociale cohesie in een woonwijk. ‘Een Tilburgse welzijnsinstelling benaderde ons voor een kunstproject in een Vogelaarwijk. Kunstenaar Arno Coenen wilde een mozaïek op het buurthuis dat door de wijkbewoners zelf werd gemaakt. De afbeelding was een gang-tattoo Tilburg Noord United op de buik van de lokale vuilnisman. Het kunstwerk is inmiddels de trots van de wijk.’

Dobberend Bos

Het Dobberend Bos van kunstenaar Jorge Bakker (1973) bestaat uit zeeboeien waarin een Nederlandse iep is geplant. Dit breekbare werk roept vragen op over de relatie tussen de stadsmens en de natuur. Deze zomer is het prototype van de boeiboom getest in het Aqua Dock bij de RDM Campus in Zuid. Het uiteindelijke Dobberend Bos met twintig bomen wordt in 2015 ‘geplant’ in de Rotterdamse Rijnhaven.
‘Er was een prijsvraag voor een kunstwerk in de Rijnhaven, waarmee het Rotterdamse havenbedrijf wil laten zien wat er allemaal mogelijk is en ook al gebeurt in de havens. Daar heb ik het idee van Bakker gepitched’, vertelt Jeroen Everaert. ‘De kunstenaar had een idee voor een aquarium van drijvende bomen. Wij hebben een zeeboei geregeld via het Havenbedrijf. Met de keuze voor een drijvend bos wordt ook het spaarzame groen in de stad uitgebreid. Een testboom drijft deze zomer in het Aqua Dock, bij de RDM Campus. Dit gebied is een laboratorium voor nieuwe projecten op het water en krijgt nu ook extra aandacht.’

Tekst Jeroen Junte

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.

Gerelateerd

Tags: , , , ,

    Schrijf een reactie

    Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.