Projectgegevens
Architect | Hans Ruijssenaars architecten, Amsterdam |
---|---|
Opdrachtgever | Gemeente Hilversum |
Ontwerp | Hans Ruijssenaars |
Ontwerpteam | Lyogo Juliana, Joep Damstra, Gert-Jan van Ginneke, Piet Besteman, Jacquo Booij, Roosmarie Carree, Dastin Hillary, John Lafféber, Annemarie Schuitema |
Hoofdaannemers | Bouwbedrijf Aalberts, Loosdrecht (nieuwbouw) Bouwbedrijf Vonck, Loosdrecht (restauratie) |
Adviseur Constructies | Adviesbureau D3BN, Den Haag |
Adviseur Installaties | Adviesbureau Meves, Almere |
Adviseur Bouwkosten | Van Voorden en De Groot Groep, Capelle a/d Ijssel |
Oplevering | 2004 |
Bouwsom | € 2.000.000 nieuwbouw, € 500.000 oudbouw, incl. installaties (€ 600.000), excl. inrichting en BTW |
Bruto vloeroppervlak | 710 m2 nieuwbouw, 790 m2 oudbouw |
Bruto inhoud | 3200 m3 nieuwbouw, 2900 m3 oudbouw |
| |
Leveranciers | |
Lift | Möhringer Liften, Haarlem |
Structurele vliesgevels en staalconstructie | Brakel Atmos |
Stalen trappen | Cluistra, Barneveld |
Houten kozijnen | Dijksterhuis, Uithuizen |
Metselwerk | Hoogeboom, Uitgeest |
Tekst | Indira van 't Klooster |
Foto's | Hans Ruijssenaars architecten en Jan Derwig |
In juli 2005 heropende het Goois Museum in Hilversum onder de nieuwe naam Museum Hilversum, met een nieuwe museumvleugel. De uitbreiding van het museum is een voortzetting van het bestaande gebouw.
Het historische hart van Hilversum bestaat uit twee monumentale gebouwen – een kerk en het oude raadhuis – aan een plein: de Kerkbrink. In het oude raadhuis is sinds de realisatie van het raadhuis van Dudok het Goois Museum gevestigd. Dit streekmuseum fuseerde onlangs met het gemeentelijke architectuurcentrum en het accent werd verlegd naar architectuur en natuur. Uitbreiding van het museum werd noodzakelijk.
Om het oude raadhuis (1881) niet te overschaduwen, is de uitbreiding met dezelfde middelen voortgezet. ‘Als een aanhangwagen’ (de woorden van de architect) hangt de nieuwe vleugel aan het oude gebouw. De koppeling komt tot stand door een los van de buitengevels staand volume, een glazen ‘voeg’. De nieuwbouw is op precies dezelfde manier opgebouwd: natuurstenen plint, gebosseerde begane grond, speklagen, kroonlijst, dakaanzet en pilasters.
Deze ogenschijnlijk gemakzuchtige oplossing blijkt bij nadere beschouwing niet de weg van de minste weerstand. De uitbreiding is niet alleen een continuering van het hoofdgebouw, maar ook een inverse ervan. Waar het oude gebouw veel ramen en gesloten hoeken heeft, bestaat de nieuwbouw uit blinde muren en open hoeken: veel wand voor als tentoonstellingen.
De kelderverdieping herbergt de vaste tentoonstelling. De drie verdiepingen worden verbonden door een ronde vide die eindigt in een daklantaarn. Het licht dat via de glazen hoeken binnenvalt, is diffuus (bij gesloten blindering) of juist fel en scherp.