‘Ingeschreven in zijn historische context’ zo presenteert architect Michiel Riedijk het nieuwe Stadhuis Deventer, dat in april officieel wordt geopend. Contouren, hoogtes, publieke routes en hoven en zelfs het daklandschap zijn zorgvuldig afgestemd op het fijnmazige stadsweefsel. Nu het stadhuis eindelijk af is, zijn de eens zo verhitte gemoederen in de Hanzestad bedaard, mede dankzij het vingerafdrukkenproject van kunstenares Loes ten Anscher.
Neutelings Riedijk Architecten zijn tien jaar met het project stadhuis Deventer bezig geweest. In 2006 maakten ze het winnende ontwerp in het kader van een Europese aanbesteding. Michiel Riedijk: ‘Het programma omvatte destijds drie ondergrondse parkeerlagen, het stadhuis en de bibliotheek. Het volume was daarom veel groter en een grote koepel bekroonde het gebouw. De bevolking van Deventer kwam in opstand – want te duur en te groot – en de gemeente zwichtte. We kregen opdracht een nieuw ontwerp te maken zonder die parkeergarage.’
Bericht aan de stad
Dat tweede plan uit 2008 wordt niet in stemming gebracht, er vallen wel twee colleges over. De vraag rijst of het überhaupt wenselijk is om de bij het oude stadhuis aan het Grote Kerkhof een nieuw gebouw te maken voor gemeente en bibliotheek. Om het vastgelopen proces weer vlot te trekken worden Rijksbouwmeester Jo Coenen en Rijksadviseur Cultureel Erfgoed Fons Asselbergs ingeschakeld. Na analyse en tal van gesprekken met inwoners, bedrijven en organisaties presenteren zij in 2010 ‘Een bericht aan de stad’. Daarin adviseren ze om het gemeentelijke apparaat toch te concentreren rond het oude stadhuis, in een kleiner volume, zonder bibliotheek. Het gebouw moet lager en het fijnmazige stadsweefsel moet doorwaadbaar blijven. ‘Die doorwaadbaarheid zat overigens ook al in ons eerste plan’, verzekert Riedijk.
Bologna aan de IJssel
Gesteund door de analyse van Asselbergs en Coenen geeft de gemeente Neutelings Riedijk opdracht een derde plan te maken voor een beperkter programma. Gezien de forse programmawijziging had er een nieuwe selectie geëist kunnen worden, bijvoorbeeld door architectenbureaus, maar dit blijft achterwege. De gemeente wil graag met Neutelings Riedijk verder. Riedijk spreekt over het derde ontwerp als ‘Bologna aan de IJssel’ als variant op ‘Moskou aan de IJssel’, waarmee het links georiënteerde Deventer ook wel werd aangeduid. Met de metafoor van Bologna doelt Riedijk op de kwaliteit van architectuur, de proporties van gevels en volumes, de inbedding in de stadsstructuur en de verbindingen tussen de pleinen via galerijen. Dit plan wordt uiteindelijk goedgekeurd en in 2013 start de bouw.
Gulden Snede
Aan de zijde van de Grote Kerkhof heeft een theater uit de jaren 50 plaatsgemaakt voor nieuwbouw tussen historische panden: van noord naar zuid De Hereeniging, het Landshuis en het oude stadhuis annex Wantshuis. Het oude stadhuis en de andere historische panden zijn naadloos in het nieuwe complex van het Stadhuis Deventer geïncorporeerd. De royale hoogte van de begane grond (5,4 m) zorgt voor een goede aansluiting op de verdiepingsvloeren van de oude gebouwen. De eerste en tweede verdieping meten respectievelijk 4,5 m en 3,6 m.
In buiten- en binnengevels van de nieuwbouw is de gulden snede toegepast, refererend aan de vensters van het oude stadhuis. Het eikenhouten gevelraster bevat zeven verschillende formaten kozijnen, die grotendeels zijn ingevuld met afgietsels van vingerafdrukken in aluminium, het zogenaamde Deventer raamwerk.
Logische opzet stadhuis Deventer
Het bestuur, alle medewerkers en gemeentelijke diensten zijn nu in één complex gehuisvest. Het nieuwe stadhuiscomplex strekt zich uit van het Grote Kerkhof tot aan het Burseplein. Het heeft vier entrees en twee doorgaande publiek toegankelijke routes. De routes kruisen elkaar op een open hof rond de oude burgemeesterswoning. Rond dit openbare hof liggen bestuursruimten, het gemeentelijk informatiecentrum, het personeelsrestaurant, auditorium en entree naar het atrium. In en rond het atrium zijn publieksdiensten en kantoren gegroepeerd. In totaal zijn er 600 werkplekken voor 800 medewerkers. Op de eerste verdieping verbindt een rondgaande gang alle ruimtes met elkaar. Het is een aangename opeenvolging van ruimtes en sferen, verbonden door logische routes.
De nieuwe gevel aan het Grote Kerkhof heeft dezelfde hoogte als de belendende gevels. De dakverdieping ligt ver terug en is alleen van een afstand zichtbaar. Ervoor is een gebouwbreed balkon aan het plein. De variatie van mansardekappen en (soms groene) platte daken past goed in het daklandschap van de directe omgeving.
De gevel aan het Burseplein heeft een eiken gevelgrid tussen twee zwaardere bakstenen volumes, de gevels in de zijstraten zijn grotendeels met de robuuste bakstenen bekleed. In beide zijstraten is een publieksentree, in de Polstraat is de inrit naar de parkeergarage, die bestemd is voor omwonenden.
Techniek in ontwerp en uitvoering
De belendende historische panden zijn gefundeerd op staal. Om schade te voorkomen, is de bodem eronder eerst via boorgaten in de vloeren geïnjecteerd met waterglas, dat het zand verhard. De nieuwbouw is gefundeerd op schroefpalen.
De constructie is in beton, ten behoeve van de gewenste grote overspanningen, vanwege het cumulatieve vermogen en met het oog op betonkernactivering. Alle vloeren in het gebouw zijn uitgevoerd als vierkanten betonnen cassetten – afgeleid van de cassetten in het oude raadhuis. Leidingen voor water- en klimaatinstallaties zijn in het beton opgenomen. In het midden van elk vierkant is een gefineerd eiken plafondpaneel gemonteerd waarin verlichting met bewegingsmelders en daglichtsensoren, wifi en sprinklers zijn geïntegreerd. Deze vloerconstructie levert een grotere verdiepingshoogte op en maakt de constructie en het stramien inzichtelijk. De kap van het atrium is opgebouwd uit stalen spanten en balken.
Het project is geheel in BIM gemodelleerd door architect, constructeur en installatieadviseur. Neutelings Riedijk heeft een vaste samenwerking met ABT voor de bouwkundige en 3D uitwerking van de ontwerpen. De gemeente Deventer beschikt nu over complete as built gegevens in een 3Dmodel van het stadhuis, met alle informatie over het gebouw, tot aan het type hang- en sluitwerk en verlichtingsarmaturen aan toe. Dat is heel handig voor toekomstige herindelingen of voor renovatie en onderhoud. Mede dankzij BIM is de bouw binnen het budget gebleven.
Robuust en solide
Toepassing van kaal zichtbeton, groot formaat bakstenen, basalten vloeren, eikenhouten gevelrasters en plafondeilanden zorgen voor een robuust en solide gebouw met dito uitstraling.
De wanden, trappen, kolommen en cassetteplafonds zijn gemaakt van beton en afgewerkt met eiken kaders en invullingen. De stenen gevels bestaan uit metselwerk in groot formaat bakstenen in meerdere tinten en diep liggende raamkaders.
De houten gevels zijn opgebouwd uit een gevelvullend naaldhouten frame waarin eikenhouten kozijnen zijn gemonteerd. Voor de kunstzinnige invulling van de houten gevelrasters heeft Neutelings Riedijk een prijsvraag uitgeschreven. De opgave was: Maak voor het grid een integraal ontwerp met een betekenisvolle iconografie die een uitspraak doet over de identiteit van Deventer. Het repetitieve karakter van de vlakverdeling is leidend, maar hoeft niet te leiden tot een dwingende invulling met repetitieve beelden. De keuze viel op het Deventer raamwerk van kunstenares Loes ten Anscher.
Deventer raamwerk
Kunstenares Loes ten Anscher geeft toe dat ze aanvankelijk een fervent tegenstander was van een nieuw stadhuis, ‘maar toen eenmaal democratisch was besloten dat het er toch zou komen, wilde ik er heel graag aan meewerken. Ik deed mee aan de oproep van Neutelings Riedijk voor een kunstproject dat het gevelraster zou invullen. Juist omdat mijn project het repetitieve karakter van het grid versterkt, ben ik geselecteerd.’ 2.264 unieke vingerafdrukken van 2.264 Deventenaren zijn – via klei- en zandmallen – in aluminium gegoten. Tegenstanders van het stadhuis konden een afdruk laten maken van hun middelvinger en ze konden ook kiezen voor een teenafdruk. ‘Ik wilde iets doen met de inwoners van Deventer omdat zij zich, zeker na de voorgeschiedenis van dit gebouw, gerepresenteerd moesten voelen en dat wilde ik zichtbaar maken’. Een andere inspiratiebron was de Lebuïnuskerk tegenover het stadhuis. ‘Tijdens een eerder project ontdekte ik dat alle vensters in de kerk verschillend zijn, dat was voor mij een openbaring. Dat gegeven van uniciteit en ambachtelijkheid wilde ik in het stadhuis gebruiken.’
Verspreid over de buiten- en binnengevels van het gebouw vormen de vingerafdrukken samen één groot kunstwerk. De zichtbare betrokkenheid van de inwoners maakt het gebouw tot het ‘Huis van de Burgers’. Het eiken grid met de aluminium vingerafdrukken is vanaf het Grote Kerkhof doorgezet naar de hof en het atrium. Dit draagt bij aan overgangen tussen binnen- en buitenruimte. De roosters kunnen scharnieren met het oog op reiniging en onderhoud.
Variëteit in inrichting
In de inrichting van zowel publiekshal als kantoorruimten heeft Dorte Kristensen van atelier PRO architecten een grote variëteit aangebracht van beslotenheid en concentratie tot openheid en gezamenlijkheid. In de publiekshal zijn drie gradaties aangebracht: het hoge middengedeelte met losse stoelen en tafels, hier kunnen mensen ongedwongen wachten, informatie raadplegen of een expositie bekijken. Het is ook een verkeersgebied en daarom drukker dan de zones ter weerszijden hiervan. Daar zijn in een strakker gelid tafels opgesteld waar gesprekken kunnen plaatsvinden. Het is iets meer besloten en rustiger, door de lagere plafonds en de grote koepellampen boven de tafels. In de derde zones die hier weer aan grenzen zijn de balies en spreekkamers waar meer persoonlijke gesprekken en transacties kunnen plaatsvinden.
Ook voor de medewerkers is een vergelijkbaar concept vormgegeven in de werkplekken, ontmoetings- en overlegruimten. Naast generieke werkplekken en vergaderruimten zijn er plekken verbijzonderd met hergebruikt (opgeknapt) meubilair en kunstwerken. Ook in het restaurant, gelegen op de 1e verdieping tussen het Grote Kerkhof en Burgemeestershof, is een variatie aan plekken voor werken, overleggen en eten of combinaties daarvan. Van een lage ruimte met loungebanken tot een hoge ruimte vide en met tafels voor twee tot twintig personen. Er is gewerkt met rustige veelal natuurlijke kleuren en robuuste en solide meubels en materialen. Zo sluit het interieurontwerp goed aan op de architectuur, die de opeenvolging van sferen prima faciliteert.
BREEAM Excellent
Dankzij de vele ramen, daklichten en hoge plafonds komt veel daglicht naar binnen, dat is aangenaam werken en verblijven en reduceert de behoefte aan elektrisch licht. De toepassing van zichtbeton in wanden, vloeren en plafonds zorgt voor buffering van warmte of koude. In het beton is betonkernactivering opgenomen.
Frisse lucht komt binnen via ventilatiekanalen en roosters in de ramen en vloeren. De opgewarmde lucht wordt via de publiekshal afgevoerd, een efficiënt gebruik van restwarmte. Gecombineerd met slim gebruik van zonlicht, regenwater en water uit de IJssel (voor koeling en verwarming) resulteren alle maatregelen in een GPR score 8 à 9 en de kwalificatie BREEAM Excellent voor het stadhuis Deventer.
Het stadhuis van Deventer heeft de Abe Bonnema Architectuurprijs 2017 gewonnen
Tekst Jacqueline Knudsen
Dit artikel is gepubliceerd in ArchitectuurNL 2 2016