Dankzij de lattenbekleding op een spouw
fungeren de zalen als geluidsdempers in de
enorme hal. Het rustige en cleane uiterlijk van
de afgeronde eikenhouten dozen contrasteert
fraai met het zwarte staal van de trap, de ruwe
bakstenen wanden en de vloer van beton. Zo’n
enorme industriële ruimte wordt akoestisch
natuurlijk nooit een 10, ‘maar de scherpe
randjes zijn er toch wel vanaf.’
Machinehal
Het restaurant zit in de voormalige machinehal,
waar vroeger de enorme ketels stonden die
stroom leverden voor de fabrieken van Regout.
Wetzel: ‘Dat een fabriek stroom had was in
die tijd erg bijzonder. Regout heeft die hal
laten stuken, er zijn delen getegeld. Er zijn
allerlei decoraties en ornamenten aangebracht
zoals rozetjes in de lateien en gedecoreerde
consoles in de oude kraanbaan. Heel
ongebruikelijk natuurlijk voor een fabriekshal.
Maar dit was z’n trots. Hier nam hij zijn
zakenrelaties mee naar toe.’
Dit deel van het complex is een rijksmonument,
maar dat zei niets over de technische staat.
Er bleek veel asbest in het pand verwerkt
te zijn en ook bouwkundig lagen er wel wat
uitdagingen. ‘De voorgevel werd er bijna
uitgedrukt door roestende stalen kolommen.
Die hebben we helemaal vrij moeten hakken
en vervolgens zijn de muren weer aangeheeld.
Daar zie je nu niets meer van.’
Authenticiteit
De enorme ketels werden uit het interieur
gesloopt, maar voor de rest lieten de
architecten, samen met de interieurontwerpers
voor het restaurant, zoveel mogelijk buizen,
meters, kranen en zelfs de oude schoorstenen
zitten. Die originele onderdelen geven de
immense zaal karakter en authenticiteit, zonder
dat het gekunsteld wordt. Het is fraai ingepast
bij het interieurontwerp voor de horeca, dat in
handen was van Dorine de Vos (Hotel New York
en Villa Augustus) en Rosie Stapel.
Het restaurant moet een publiekstrekker
worden en de positie van het filmhuis verder
verstevigen, je kunt hier een complete avond
uit. Zulke industriële looks zijn uniek voor de
Maastrichtse horeca. Het karakter van de stad
is toch meer ‘sjeik en sjoen’ zoals ze het zelf
noemen. De zalen kunnen overdag worden
gehuurd, ook daarvoor is horeca natuurlijk van
belang. De enorme en hoge ruimte, ook hier
heeft de indrukwekkende stalen kapconstructie
een hoofdrol, doet ondanks de kubieke
meters toch prettig, huiselijk en ongedwongen
aan. Bovendien zijn de akoestiek en de
klimaatbeheersing op orde. Grote draaiende
fans aan het plafond zorgen dat opgestegen
warmte (er zit vloerverwarming in de hele
ruimte) weer afdaalt. Ook een plus: mooi
uitzicht over de binnenhaven.
Aangename verrassingen
Waar de technische staat van de gebouwen
hier en daar tegenviel, waren er ook
aangename verassingen. Het complex was
in de loop der jaren diverse malen uitgebreid
en verbouwd en zat vol verlaten technische
ruimtes, waarvan sommige zelfs dichtgemetseld
waren. Achter één zo’n dichtgemetselde
doorgang kwam een fraaie ruimte tevoorschijn.
‘Prachtig. Hoefden we weinig aan te doen. Mooi
betegeld met originele groene tegels en met
dat licht van boven bijna een sacrale ruimte.’ Nu
zitten daar de toiletten en garderobe voor het
restaurant.
Het restaurant bevindt zich op de eerste etage.
Op maaiveld ligt buiten een prachtig terras op
het zuiden, grenzend aan de Het Bassin. Dat
wordt bediend vanuit de restaurantkeuken die
zich ook op de begane grond bevindt, net zo
als een apart café. De sfeer is hier weer anders:
gemetselde gewelven, knus, laag. ‘Hier liepen
vroeger de mannen met oliekannetjes om de
boel te smeren.’ Het Bassin, de binnenhaven,
was natuurlijk één van de redenen waarom
Regout hier ooit zijn industrie vestigde:
grondstoffen en eindproducten konden via het
water per schip worden aan- en afgevoerd.
Nu is het boffen voor de bezoekers die hier
’s zomers een plek bemachtigen.
Het exterieur van het ketelhuis was ooit wit
gesausd, maar aanvankelijk was het gebouw
zandgeel. Die kleur en de originele afwerking
zijn weer teruggebracht. ‘Door het verven van
de buitengevel waren er allerlei decoraties en
ornamenten niet meer zichtbaar. Nu is het een
veel rijkere gevel, zoals die van origine was.’
Aanjager
Lumière moet de aanjager worden voor de
ontwikkeling van het Sphinxkwartier. Het hele
complex aan Het Bassin staat nu bekend als
de Timmerfabriek. Vroeger werden hier de
kisten getimmerd, waar de toiletpotten en
wastafels – die aan de overkant van de straat
in het Eiffelgebouw werden geproduceerd
– in werden verpakt en vervoerd. De
Timmerfabriek wordt het cultuurcluster van
deze nieuwe Maastrichtse wijk. Een deel
van de Timmerfabriek werd een paar jaar
geleden al casco hersteld. Daar bevinden
zich een expositieruimte en een concertzaal.
Toneelgroep Maastricht krijgt er in de toekomst
oefenruimte én een kleine zaal.
Aan de overkant van de straat opende eind
2015 de nieuwe Pathé-bioscoop en daar vlak
achter wordt het Eiffelgebouw verbouwd tot
woningen en een studentenhotel.
Belvédère
De herontwikkeling van dit stuk stad, dat
direct aan de binnenstad grenst, heeft erg
lang geduurd. In 2004 werd het Masterplan
Belvédère al gepresenteerd, maar de crisis
kwam er tussen en de boel lag lang stil. Sinds
in 2012 een ‘herijkt’ ambitiedocument door
de raad werd geaccordeerd, wordt er vaart
gemaakt met dit stedelijk ontwikkelingsproject.
Belvédère omvat een groot gebied, dat direct
aan de binnenstad grenst. Ook het Frontenpark
hoort erbij. Er staan nog bijna 200 nieuwe
woningen achter het Eiffelgebouw gepland, de
tram naar het Vlaamse Hasselt loopt hier straks
langs en dan is er aan de oostkant nog het
gebouw van Landbouwbelang, dat een tijdelijke
woonbestemming heeft. Dit gebied moet
over een paar jaar een ‘moderne, bruisende
stadswijk worden’, staat in het gemeentelijke
ambitiedocument. ‘Belvédère is in historische
zin altijd belangrijk geweest voor Maastricht en
is dat nu ook weer voor de toekomst van de
stad.’
In de jaren negentig werd aan de andere kant
van het centrum Céramique ontwikkeld, op het
voormalige terrein van die andere Maastrichtse
porseleinfabrikant. Daar werd in korte tijd
bijna alle industriële bebouwing gesloopt, en
verrees veel nieuwbouw. Hier worden andere
keuzes gemaakt en is er een hoofdrol voor
het architectonische erfgoed. Eigenlijk twijfelt
niemand eraan dat het Sphinxkwartier het
succes van Céramique minstens gaat evenaren.
Projectgegevens
Locatie: Bassin 88 Maastricht. Opdrachtgever:
Gemeente Maastricht. Gebruiker: Lumière
Cinema. Architecten: JHK Architecten
i.s.m. Verlaan & Bouwstra architecten.
Hoofdaannemer: LAUDY Bouw & Ontwikkeling.
Constructeur: Arcadis. Adviseur installaties:
Deerns. Adviseur bouwfysica: DPA Cauberg-
Huygen. Bouwkosten: Kieft Partners bouwadvies.
Interieurontwerp horeca en entree: Dorine de Vos
en Rosie Stapel. Start opdracht: 2012. Oplevering:
2016. Bruto vloeroppervlakte: ca. 3.750m².
Tekst Anka van Voorthuijsen Fotografie Marcel van der Burg en Philip Driessen (7) 20ArchitectuurNL
18-19-20-21_lumiere.indd 20 23-01-17 09:14