koffiezetapparaat achter hem pruttelt, staart hij
door het raam naar de gevallen steen. In zijn
hoofd maakt hij een lijst op van wat hij vandaag
moet doen in het datacenter. Eigenlijk een vrij
simpele lijst voor een plek die zoveel geheimen
waarborgt. De conciërge verbaast zich er nog
steeds over. ‘Hoe kan zo’n machtige machine,
zulke zinloze taken voortbrengen?’ Terwijl hij
aan zijn eerste kop koffie van de dag zit, wordt
zijn aandacht getrokken door een wesp die
al bonkend tegen het raam een uitweg naar
buiten probeert te zoeken. Langzaam loopt
hij met een leeg glas naar het raam en zet het
glas voorzichtig over de wesp heen. Met zijn
andere hand schuift hij er behoedzaam een
papiertje onder en brengt het geheel terug
naar de keukentafel. Tijdens zijn laatste slok
koffie kijkt hij naar het glas. De wesp zoekt met
al zijn resterende energie nog steeds naar een
uitweg. ‘Zou hij wel beseffen dat hij gevangen
zit in een glas, zou hij überhaupt beseffen wat
een glas is?’ De conciërge kijkt op van het glas
en richt zijn blik op de klok aan de muur. Met
een zucht staat hij op van zijn stoel. Hij loopt
door de donkere, klamme gang. Omhuld door
de geur van schimmel en verval bereikt hij de
deur aan de andere kant. Hij zet zijn schouder
tegen de deur en drukt met al zijn gewicht
de deur open. De TL’s springen automatisch
aan en hij verdwijnt in het kille licht van het
datacenter.
5. Een magistraal stralende zon. 6. Werkelijkheid
en digitaal. 7. Wonen en levens. 8. De regenpijp
en muur. 9. Een huis en wonen. 10. De condition
humaine.
108 9
Motivatie selectie Archiprix
Het project In navolging van het voorafgaande van Maarten de Haas slaagt er, dankzij haar
poëtische enscenering van de alledaagsheid, op intrigerende wijze in, middels en doorheen de
architectuur, de blik, en daarmee het denken, op subtiele wijze te ontwrichten. Het project betreft,
zo lijkt het op eerste gezicht, het ontwerp voor een datacentrum plus beheerderswoning in het
centrum van Rotterdam. Het enorme programma leidt tot een zeer groot volume, dat haar vorm
ontleent aan een aantal locatiespecifieke, grotendeels technocratische condities: de maat van
de kavel, de maximale bouwhoogte, de eis het aantal zonuren van de nabij gelegen, bestaande
woningen slechts beperkt te verminderen en de wens het inmiddels iconische Schieblock te
behouden. Maar al snel blijkt een dergelijke analyse van het project te wringen.
De gortdroge, technische tekeningen van de plattegronden en doorsneden worden gepareerd
door een verzameling poëtische maquettes die scenes uit het leven van alledag tonen. Op de
situatiemaquette en de maquette van het project blijkt de gevel van het datacentrum met goud
bekleed. De toelichtende tekst ontwricht en ontregelt de oorspronkelijke waarneming. Het project
dwingt de beschouwer de blik te verschuiven. De ontwerper daagt de beschouwer uit om zelf te
ontdekken wat hij ziet of ervaart, en zich daarvan bewust te worden.
Allengs wordt duidelijk dat het project een hyperactueel vraagstuk agendeert: de erosie
van de fysieke ervaring en beleving van het alledaagse bestaan (gerepresenteerd door de
beheerderswoning) onder invloed van de abstractie, rigiditeit en ontmenselijking die de
digitale wereld kenmerkt, waarmee wij continu geconfronteerd worden én waarin wij leven
(gerepresenteerd door het datacentrum). De ontwerper waakt ervoor om daarover dwingende
uitspraken te doen; de beschouwer dient zelf positie te kiezen.
Maar het project stuurt de beschouwer wel op subtiele wijze door diens blik continu te tarten
middels de vragen die de toelichtende tekst en, misschien wel bovenal, de scenes uit het leven van
alledag oproepen. Vragen als ‘Waarom hangt de dakgoot zo laag?’, ‘Verzamelt de lichtschacht, die
de beheerderswoning van zonlicht voorziet, niet ook heel veel water van de regenbui?’ Of ‘Waarom
vallen de stenen van de muur van de patio?’ Vragen die voortkomen uit de kleine aantastingen
van de normaliteit in het ontwerp. Aantastingen die de beschouwer ervan bewust maken hoe de
fysieke, alledaagse wereld ervaren wordt. Het project zet zodoende de architectuur in, om de
discussie over de conditie van het dagelijks leven weer hoog op de agenda te zetten.
Luc Deleu, Rien Korteknie, Robert von der Nahmer, Rolf Reichardt, afstudeerbegeleiders op de
Academie van Bouwkunst Rotterdam
49 ArchitectuurNL
46-47-48-49_master.indd 49 11-06-18 13:19