Amfionie
De perceptie van gebouwen, straten en pleinen kan soms verrassende composities
opleveren die architecten en stedenbouwers nooit zo voorzien hebben en zelf ook
nooit zo tonen in renderings of foto’s van hun werk. Maar juist het steeds wisselende
en onverwachte beeld dat een wandelaar in de stad ziet kan een rijke ervaring van
schoonheid teweeg brengen. Een pleidooi van architect Eric Vreedenburgh voor meer
toeval en differentiatie in de onze steden.
In tijdschriften en boeken over steden
en architectuur staan meestal prachtige
panorama’s van steden of goed uitgekozen
perspectieven van een gebouw of een
ensemble. Ook toekomstige ontwikkelingen
worden op een vergelijkbare wijze in
renderings en animaties gevisualiseerd.
De architect presenteert zijn ontwerp altijd als
een volledige en ideale compositie. Echter
wanneer je door een stad loopt, zie je altijd
fragmenten van gebouwen, willekeurige
uitsneden van gebouwdelen die voor, achter en
naast elkaar staan. Deze fragmenten bestaan
meestal uit niet-ontworpen stapelingen. Deze
composities – de willekeurige stapelingen
– ontstaan dus alleen vanuit het perspectief
van de beschouwer. Vanuit zijn persoonlijk
perspectief ziet hij stedelijke constructies die
niet ontworpen zijn.
Steden die gebouwen herbergen die een grote
diversiteit in schaal en hoogte hebben kunnen
hierdoor soms een verrassende compositie
oproepen van bouwwerken die er ‘eigenlijk
niet zijn’. In de Nederlandse traditie waar een
stedenbouwkundig plan wordt dichtgetimmerd
in bouw- en goothoogte is dit praktisch
onmogelijk.
Apollinaire
In 1910 introduceerde de Franse dichter
Guillaume Apollinaire de term Amfionie als
een nieuwe kunstvorm die het sublieme van
de stad in kaart zou brengen. Het instrument
van deze kunst en zijn materiaal is een stad,
waarbij het erom gaat een gedeelte van die
stad te doorlopen en wel zo dat in de ziel van
een amfion, de beoefenaar van deze kunst,
gevoelens worden opgewekt die behoren tot
het schone en het sublieme, zoals muziek,
poëzie en kunst dat doen.
Kijken naar gebouwen die er niet zijn en die
toch de stedelijke ervaring inkleuren. De stad
als een kunstwerk dat zich steeds op een
andere manier toont, afhankelijk van de positie
vanwaaruit je het bekijkt. Marcel Duchamp
parafraserend zou je kunnen zeggen dat de
stadswandelaar in zijn perceptie het kunstwerk
van de stad creëert.
En wat kan je hier als architect nu mee?
Een architect bouwt gebouwen, echter de
ruimtelijke kwaliteit in een stad zit tussen de
gebouwen. Net zoals een componist het over
de beweging van een klank tussen de noten
heeft. Stravinsky verwoordde het als volgt:
‘het fenomeen muziek is ons enkel en alleen
gegeven om een orde aan te brengen in zaken,
speciaal in de betrekkingen tussen mens en
tijd’. Zo zou architectuur ook moeten zijn.
Amfionische registratie
Net zoals een componist het over de beweging
van een klank tussen de noten heeft, zou een
architect /stedenbouwer het over het steeds
veranderende perspectief op de stad kunnen
hebben. Toen wij met diverse (luchtgebonden)
dakwoningen boven op bestaande gebouwen
bezig waren, viel het mij op dat je hiermee
het perspectief op de stad kan veranderen.
Omgekeerd boden sommige perspectieven
ook de suggesties van gestapelde gebouwen.
Als voorbeeld kan de amfionische registratie
van gebouwen aan de Kapitein de Rijkstraat in
Scheveningen dienen. Foto 1 is genomen vanaf
de entree van een nabijgelegen supermarkt.
Vandaaruit zie je de penthouses op pakhuis
Nautilus boven op de nieuwe uitbouw van
Radio Holland en boven op de traptreden
van het verhoogde plein staan. Alsof het één
compositie is.
In werkelijkheid (wat is werkelijkheid in deze
context?) zijn het drie bouwwerken achter
elkaar: de treden van het plein, de uitbouw van
radio Holland de en luchtgebonden woningen
die boven op het pakhuis geplaatst zijn (foto
2). En hoewel ik zowel het ontwerp voor de
penthouses (2005) als de transformatie van het
gebouw Radio Holland (2015) gedaan heb, was
de gewaarwording van dit perspectief vanuit
de supermarkt voor mij een verrassing. Het
standpunt vanuit de huidige winkel was, toen ik
de ontwerpen maakte, niet eens te betreden.
Zo bestaan er veel van dit soort plekken die de
stad vanuit een heel ander perspectief laten zie
en daarmee ook een verrassende compositie
laten zien (foto 3).
Ruimte voor toeval
Terwijl de discipline architectuur zo
gebiologeerd is door regelmaat, herhaling en
systeem, zijn het juist deze toevalligheden
die een stedelijke ervaring verrijken en die
gekoesterd moeten worden. Verwijzend naar
Marcel Duchamp zou je kunnen zeggen: de
stad ontstaat in de (toevallige) perceptie van de
toeschouwer.
Tegelijkertijd kunnen we constateren dat een
eenvormig stedenbouwkundig stempelplan nog
nooit een Amfionische sensatie teweeg heeft
gebracht. En voor een architectuurdebat zou
het niet verkeerd zijn om dit als een gemis te
ervaren.
36ArchitectuurNL Tekst Eric Vreedenburgh, Archipelontwerpers Fotografie Nautilus Gerrit Schreurs
perceptie
36-37_amfionie.indd 36 22-08-16 14:32