ArchitectuurNL 05 2018 – pag. 56

ArchitectuurNL 05 2018 – pag. 56

Door: | 29-04-2021

F
In een voortdurend veranderende wereld werken we vanuit onze fascinaties en onze

drijfveren. We hebben een fascinatie voor grenzeloze architectuur, waar binnen en buiten

volledig in elkaar opgaan. Een fascinatie die we herkennen in de opvattingen van de

Amerikaanse experimentele en onderzoekende architectuur van de Case Study Houses,

opgezet door John Entenza als antwoord op de naoorlogse housing boom. Neutra, Eames,

Koenig, Soriano en vele anderen gaven een prachtig experimenteel antwoord op de

veranderende Amerikaanse naoorlogse maatschappij.

Wanneer we kijken naar de stad dan zie je dat iedereen is geboeid is door onze prachtige

uropese pleinen: ees ooteboom schreef er zo n dertig jaar geleden over in de

olkskrant. n een van zijn essa s schreef hij over alamanca: “Straten moeten iets van

je. Ze willen de voorbijganger op z’n minst ergens naartoe brengen en dat maakt ze van

voorbijgaande aard. Pleinen hoeven niets van je. Je bent er en je mag blijven.” Prachtig,

hoe hij Salamanca beschreef hangend uit zijn hotelraam aan de Plaza Mayor. De Plaza

Mayor als de huiskamer van de stad. En dan de beschrijving van contrasten tussen licht

en donker. Hij beschreef perfect hoe de ideale stad er uit ziet. Hertzberger deed er

nog een schepje bovenop. Hij liet zien hoe een straatje in Verona het midden is tussen

een woonkamer en een steeg. Een informele plek waar stad en gebouw één worden.

Een informaliteit die je terugvindt in woonvormen waarbij tussen straat en woning een

collectieve binnenplaats is. Een informaliteit waar je adres niet direct aan de straat zelf is

en waarin samen leven een belangrijk goed is.

Maar het meest fascineert ons nog de architectuurfaculteit naar ontwerp van architect

Villanova Artigas in São Paulo. Dit gebouw overtreft het principe van vermenging als

stedelijke continu teit. n de woorden van ichiel van aaij: Het is een gebouw waarvan

de driedimensionale ruimtelijkheid zich eigenlijk niet in foto’s laat vangen. De faculteit

is onderin georganiseerd rond een hof, maar transformeert zich naar boven toe tot een

volkomen open atelier onder een licht-doorlatend dak. De manier waarop de ruimtes

onderling met elkaar verbonden zijn, de verhoudingen, dit is architectuur in optima forma.”

Het ontbreken van gevels op maaiveld versterkt het landschappelijke gevoel enorm,

zoals ook de forse reductie van klaslokalen. De faculteit is meer een opeenstapeling van

pleinen. Met zulke gebouwen kan je in een optimistisch milieu een utopia maken.

Deze voorbeelden geven je enerzijds een gevoel van vrijheid en anderzijds zijn ze een zeer

goede uitdrukking van het bieden van een eigen plek.

Vrijheid in wonen
atrick ransen: ijn fascinatie dat architectuur je een gevoel van vrijheid moet geven,

gaat terug tot mijn eerste projecten nog ver voor de vorming van NOAHH. Ik maakte in mijn

studententijd voor mezelf in Tilburg een huis. Het was eigenlijk niet meer dan één gebogen

muur midden op een vloer in een bestaande fabriekshal. Rondom deze muur en binnen

de context van de buitengevel van het oude fabriekje woonde ik. De muur organiseerde

de hele plattegrond. Als kind vond ik gangen al naar, net als het idee dat je een kamer op

dezelfde plek betrad als waar je hem verliet. Dit huis was een mooie gelegenheid om een

gangloos en kamerloos huis te maken. Mijn tweede huis ontwierp ik voor een kunstenares

die samenwoonde met een softwareontwikkelaar geboren in Peru. Ze kochten een ruïne

die ik om wist te vormen tot een meanderende ruimte. Er waren geen binnenwanden

en toch had het 30 meter diepe huis een intimiteit. Je waande je er in een andere haast

Zuid-Amerikaanse wereld. Niets deed je er denken aan hartje Amsterdam. De kunstenares

experimenteerde met kleur en het huis absorbeerde al die experimenten moeiteloos.

o hoort architectuur te zijn: niet meer dan een canvas en paar jaar later werd dit huis

gevolgd door een heel plan met huizen als sponzen: Schoolenaer in Haarlem. Dat was

in de tijd dat ik nog partner was bij Hertzberger. Plattegronden die je moeiteloos kunt

omvormen binnen de hoofdstructuur van het staalskelet. In het ene huis waande je er in

de hemel – alles wit, in het andere huis in op de Antillen – een urban jungle. Een van de

bewoners verandert zelfs bijna jaarlijks zijn woningplattegrond rigoureus.”

Elated Life
Momenteel werken we aan een plan waar onder de kap van een boerderij een woning

wordt gerealiseerd dat van binnen meer lijkt op een huttenbos binnen de houten

hoofddraagconstructie. Het huis geeft je een enorm gevoel van vrijheid. Dezelfde

benadering hadden we in ons project Elated Life maar dan op stedelijke schaal.

In Rotterdam hebben we in opdracht van de BNA een voorstel uitgewerkt in een collectief

van architecten (NOAHH en TemP), kunstenaars (Studio Drift), constructeurs (Zonneveld) en

landschapsarchitecten Hosper genaamd: Elated Life, een structuur zoals Yona Friedman

die voorgesteld had in ‘la ville spatiale’. Het is een opeenstapeling van stadsparken en van

polyvalente gebouwen in de schaal van de stad uit de jaren zestig. Uitgangspunt van deze

studie was het bestaande te behouden en toch te verdichten. Het programma is volledig

losgelaten en het gebouw toont hoe je een stad kunt verdichten waarbij niet enkel meer

bouwvolume opeen wordt gestapeld maar ook worden pleinen en parken gestapeld: meer

groen, meer cultuur, meer kunst meer wonen en meer werken. Het is een stad in zichzelf.

Deze opgetilde (mega)structuur zorgt voor stedelijke en landschappelijke kwaliteiten

voor een stad boven de stad. Ook hier geldt het optimaal gebruik van ruimte door gebruik

van de daken en plafonds voor publieke functies. lated ife is geen krachtpatserij: ze

toont hoe je op heel eenvoudige wijze in volumes ontdaan van hun ornament bij wijze van

driedimensionaal canvas een duurzame stad kunt maken.

O
N

D
E

R
I

E
N

C
U

LT
U

U
R

C
E

N
T

R
U

M

D
E

N
H

A
A

G

I
M

R
E

IE
C

II
ID

54-55-56-57-58-59_tabulanoahh.indd 56 12-10-18 09:47

Gerelateerd