capaciteiten binnen de gemeenschap. Smits
concludeert dat dit de voornaamste redenen
zijn waarom stichtingen worstelen met een
constructieve overdracht van de gebouwde
projecten aan de lokale bevolking (ook wel exit-
strategie genoemd).
Exponentiële urbanisatie
De aanleiding voor het promotieonderzoek van
Michiel Smits was tweeledig.
Ten eerste de exponentiële urbanisatie in
ontwikkelingslanden. Deze kan voor een groot
gedeelte herleid worden naar de uitdagende
rurale levensomstandigheden. Gecombineerd
met beperkte studie- en baanmogelijkheden,
is dit voor veel mensen aanleiding om hun
familiegrond te verkopen en te vertrekken
naar de stad. Eenmaal aangekomen in
de stad, worstelen veel gezinnen om een
acceptabel onderkomen en een geschikte
baan te vinden. Binnen korte tijd leeft men vaak
wederom in moeilijke of in veel gevallen zelfs
problematische omstandigheden. Zonder het
sociale vangnet van hun gemeenschap zijn
zij volledig op zichzelf aangewezen en niet in
staat om in hun levensbehoefte te voorzien.
In Europa komen de gevolgen van deze
problemen – immigranten/vluchtelingen uit
Sub-Sahara Afrika – steeds dichterbij en lijkt
elk jaar in omvang toe te nemen. Hier ligt in
de visie van Smits niet alleen een gigantische
humanitaire taak voor overheden, organisaties
en stichtingen, maar ook voor bouwkundigen.
Onvoldoende humanitair curriculum
De tweede aanleiding is de ontoereikende
bouwkundige opleiding en capaciteit om dit
probleem aan te pakken. Ondanks dat er
tal van voorbeelden zijn van architecten en
bouwkundigen die zich richten op humanitaire
projecten (zoals Alejandro Aravena, Julia
King, MASS Design), bestrijken zij slechts
het topje van de ijsberg. Het huidige
onderwijsprogramma bereidt de bouwkundige/
architect grotendeels voor op een westerse rol
als professional. Het humanitaire curriculum
dat wordt aangeboden is niet van voldoende
capaciteit (leerstoel, opleiding, lectoraat, etc.)
om in de totale omvang van het probleem
te kunnen voorzien. Mede hierdoor zijn de
bouwkundigen/architecten onvoldoende
opgeleid om effectief in een humanitaire
context te kunnen werken.
Probleemstelling onderzoek
De probleemstelling voor Smits’
promotieonderzoek was tweedelig:
• Een gebrek aan de ‘juiste’ (bouw-)kennis van
de bouwkundige in de overdracht naar de
bewoner.
• Een gebrek aan didactische vaardigheden
van de bouwkundige om de kennis op
een effectieve manier te delen, zodanig
dat de bewoner de nieuwe kennis volledig
adopteert.
Het promotieonderzoek van Smits aan
de TU Delft richt zich op het helpen van
bouwkundigen om rurale bewoners in Kenia
te adviseren hoe zij zelf verbeterde woningen
kunnen bouwen en onderhouden die passen bij
hun capaciteiten o.a. aanwezige bouwkennis,
materialen en gereedschappen. Smits’
methodiek helpt professionals hoe zij cultureel
verantwoord kunnen interveniëren in situ, hoe
zij bewonerscapaciteiten kunnen analyseren en
hoe zij op basis van die analyse bouwmethoden
en materialen kunnen bepalen. En hoe zij
effectief bouwkennis kunnen overdragen, met
als doel de zelfredzaamheid van de bewoners.
Familie en gemeenschap
De analyse richt zich niet alleen op de
capaciteiten van de familie zelf, maar ook
die van hun direct omwonenden (familie,
vrienden, buren en andere betrokkenen
in hun gemeenschap). Vanuit traditie was
de woningproductie immers een gedeelde
verantwoordelijkheid in kennis, materialen,
methoden en arbeid. Dit zonder de
inmenging van geld maar enkel op basis van
gelijkwaardigheid en wederkerigheid.
De ontwikkelde methoden adviseren bewoners
en andere betrokkenen vervolgens hoe deze
capaciteiten mee kunnen wegen in de keuze
van materialisatie en bouwmethoden. Door de
familie hoofdverantwoordelijk te houden voor
het nemen van beslissingen en navolgbaar de
bouwkennis over te dragen, hoopt Smits de
zelfredzaamheid van de familie te vergroten,
de afhankelijkheid van stichtingen en overheid
te verkleinen, maar tegelijkertijd de sociale
afhankelijkheid (gemeenschapszin; helpen
van elkaar zonder financiële compensatie) te
vergroten.
De laatste fundamentele stap helpt alle
capaciteiten van de betrokkenen te
plannen conform de gekozen materialen
en bouwmethoden. Hierbij houdt de
32
35 ArchitectuurNL
PROMOTIEONDERZOEK
34-35-36-37-38-39_michielsmits.indd 35 28-11-17 11:30