ArchitectuurNL 06 2018 – pag. 11

ArchitectuurNL 06 2018 – pag. 11

Door: | 29-04-2021

Morgen beginnen
We kunnen morgen beginnen met circulair bouwen, zegt Peter Fraanje, directeur van

branchevereniging BRBS Recycling. Het verhaal begint volgens hem bij architecten. Die

moeten circulair gaan ontwerpen. Daarnaast is een lijst met verboden bouwmaterialen

noodzakelijk en moeten we niet gunnen op laagste prijs, maar een ontwerp beoordelen op

zijn circulaire kwaliteit. Wie dat het beste voor elkaar heeft, krijgt de opdracht.

Dr. ing. Peter Fraanje is sinds juni dit jaar
directeur van de branchevereniging BRBS
Recycling in Zaltbommel. BRBS Recycling is de
vereniging van sorteer- en recyclingbedrijven.
Op jaarbasis verwerken deze bedrijven
meer dan dertig miljoen ton bouw-, sloop- en
overig materiaal afkomstig van bedrijven
en huishoudens tot nieuwe, kwalitatief
hoogwaardige grondstoffen. Van deze
hoeveelheid neemt de bouwsector zo’n 25
miljoen ton voor zijn rekening. Ongeveer 95
procent van het bouw- en sloopafval wordt
gerecycled.

Uitdagingen
‘Dat klinkt best goed’, zegt Fraanje, ‘maar het
probleem is dat lang niet al het afval dat we
binnenkrijgen goed herbruikbaar is. We zijn op
weg naar een circulaire economie en op dat
vlak liggen er de nodige uitdagingen op de
bouwsector te wachten.’ Architecten met in hun
kielzog de opdrachtgevers kunnen gebouwen
zodanig ontwerpen dat al het toegepaste
bouwmateriaal op een hoogwaardige manier
opnieuw te gebruiken is. Ik ben wat dat betreft
blij met het manifest Wij gaan Circulair van
de BNA. Bouwbedrijven kunnen maatregelen
nemen om de hoeveelheid bouwafval
rigoureus terug te dringen want het is echt
niet normaal en weinig circulair dat er bij elk
nieuwbouwproject uitpuilende afvalcontainers
staan.’

Omslag in denken
Het principe dat de recyclingbedrijven
aanhangen, is dat als je een bouwmateriaal
niet probleemloos kunt hergebruiken, je het
als architect niet in een gebouwontwerp moet
opnemen. ‘Dat vraagt een omslag in denken,

maar is beslist mogelijk. Samen kunnen we de
bouwkringloop sluiten.’
Hij vervolgt dat als we willen, we morgen
kunnen beginnen met circulair ontwerpen en
bouwen. ‘Daar hoeven we echt niet tot 2050
mee te wachten. Eind jaren negentig draaide
er een IFD-programma waarin ruime ervaring
is opgedaan met demontabel ontwerpen en
bouwen. IFD staat voor Industrieel Flexibel
Demontabel. Om de circulaire economie te
bevorderen zou het goed zijn dat voor alle
gebouwen en bouwprojecten van grotere
omvang wordt geëist dat ze demontabel
worden gebouwd.’
Overheden, corporaties en andere
opdrachtgevers zijn belangrijk voor de uitrol
van circulair bouwen. ‘Misschien wel de
belangrijkste voorwaarde om tot een circulaire
bouwsector te komen, is een andere manier
van aanbesteden. In plaats van aanbesteden
op de laagste prijs kun je beter duurzaam en
circulair uitvragen. Waar het om gaat, is dat
we een ontwerp beoordelen op zijn duurzame
kwaliteit, prijs en (circulaire) prestatie.

Schadelijke stoffen
Ook met de fabrikanten van bouwmaterialen
wil Fraanje in gesprek. ‘Staatsecretaris Stientje
van Veldhoven heeft in de kabinetsreactie
op de transitieagenda aangegeven te willen
inzetten op producentenverantwoordelijkheid
en uitdunning van schadelijke stoffen. In een
circulaire economie is er geen ruimte meer
voor giftige en milieubezwaarlijke stoffen, zoals
teer in bitumen en brandvertragende stoffen
als broom. Iedereen begrijpt dat kit, gespoten
PUR en polystyreenbekisting hoogwaardige
recycling bemoeilijkt of onmogelijk maakt.
Gips en gas- of cellenbeton zijn op zich

niet schadelijk, maar wel problematisch als
ze ongemengd in het bouw- en sloopafval
terechtkomen. De kwaliteit van het puin- en
betongranulaat gaat er sterk van achteruit.
Dergelijke stoffen kan je dus beter vermijden
als je circulair wilt bouwen. Bij sloop komen
bedrijven steeds vaker polystyreen en glas-
en steenwol tegen waarvoor nog slechts
beperkte afzet is. Een nieuwe businesscase
heb je ook niet 1-2-3 voor een tweede
leven van isolatiematerialen. In het kader
van producentenverantwoordelijkheid zou
de isolatie-industrie hier wel aan moeten
beginnen’. Fraanje wil graag cirkelprojecten
starten met als doel per bouwstroom de cirkel
rond te maken.

Tweede of derde leven
Fraanje begrijpt dat niet elke fabrikant zo maar
zal kiezen voor secundair materiaal: ‘Het zou
goed zijn als bij elk bouwproduct wordt vermeld
hoeveel gerecyclede stoffen het product bevat.
Dat zal de markt voor circulaire materialen
en producten stimuleren. Verder zie ik dat
leverzekerheid ook een grotere rol gaat spelen.
Fabrikanten worden wendbaarder als ze kunnen
putten uit primaire én secundaire grondstoffen.
Circulariteit is natuurlijk ook goed voor je imago.
‘Elke moderne producent, maar ook het moderne
recyclingbedrijf zou moeten voordenken over
hoe zijn/haar materiaal of product een tweede
of een derde leven kan krijgen in de circulaire
economie. Architecten en industrieel ontwerpers
kunnen daarbij helpen door mee te denken over
hoe producten in het ontwerp herbruikbaar zijn.
BRBS Recycling wil graag een bijdrage leveren
en samen met ontwerpers en bouwindustrie de
circulaire bouweconomie mogelijk maken.’

11 ArchitectuurNLTekst Peter de Winter

CirCulair bouwen

10-11_peterfraanje.indd 11 26-11-18 12:18

Gerelateerd