De architectuur van Carlijn Kingma bestaat alleen op papier en is gemaakt van niets anders dan gitzwarte inkt. Haar grote pentekeningen bestaan uit één samenhangende figuratie, zorgvuldig opgebouwd uit levendige en architectonische details. ‘Ik gebruik architectuur om te laten zien hoe de wereld er ook uit kan zien. Of hoe je met een andere, fantasievolle blik naar de bestaande wereld kunt kijken. Ik wil abstracte en complexe maatschappelijke begrippen als utopie, politiek en kapitalisme verbeelden.’
Imaginaire architectuur
‘Architectuur is een metaforische taal die iedereen kan begrijpen. Een deur sluit iets af, een drempel is een belemmering, een balkon een uitzichtpunt. Je kunt ook sferen en gevoelens oproepen met architectuur. Een lage, benauwde kelder of juist een open, lichte kamer met veel ramen’, zegt kunstenaar/architect Carlijn Kingma (1991). De verhalen die met architectuur worden verteld, gaan doorgaans over hoe de wereld eruit ziet. Dat is de architectuur die wordt gerealiseerd in beton, staal, glas en metaal. De architectuur van Kingma bestaat alleen op papier en is gemaakt van niets anders dan gitzwarte inkt. ‘Ik gebruik architectuur om te laten zien hoe de wereld er ook uit kan zien. Of hoe je met een andere, fantasievolle blik naar de bestaande wereld kunt kijken.’
Carlijn Kingma noemt zichzelf een ‘een cartograaf van denkwerelden’. Ze maakt daarvoor gebruik van steeds hetzelfde medium: pentekeningen op papier. Bij voorkeur werkt ze met een ouderwetse kroontjespen en Oost-Indische inkt voor een diep en haarscherp zwart. Maar uit tijdgebrek pakt ze steeds vaker de Rotring-pennen, hét tekeninstrument van de architect. Met fijne streken bouwt ze daarmee een fictieve wereld vol associaties met de realiteit.
Haar tekeningen zijn vaak meer dan een meter hoog en breed. Ondanks dit weidse formaat bestaan ze uit één samenhangende figuratie, zorgvuldig opgebouwd uit levendige details. ‘Theorieën als de utopie, het kapitalisme, de wetenschap of zelfs angst en hoop beschrijven we vaak alsof het fysieke werelden zijn, die we herkennen en waar we doorheen kunnen navigeren. Maar dat is natuurlijk niet zo. Want wat is dan dé politiek? Of hoe manifesteert het kapitalisme zich nou precies? Met fantasierijke kaarten wil ik deze abstracte en complexe maatschappelijke begrippen verbeelden.’
Kwantummechanica
Om herkenningspunten te genereren verwijst Carlijn Kingma opzichtig naar historische archetypes, zoals een kathedraal of een doolhof. Ook refereert ze aan kunsthistorische iconen als Dante’s Inferno of de Het Laatste Oordeel van Hiëronymus Bosch. De tekening The Babylonian Tower of Modernity is een plattegrond van het kapitalisme. In het midden van de inkttekening staat een interpretatie van de mythische Toren van Babel. Hoe hoger in de toren, hoe groter de economische macht. Op de grond staan de werktuigbouwkundigen, de motor van de productieketen. In de top heeft zich een groepje bankiers verzameld die als poppenmeesters iedereen aansturen. Links en rechts ervan zijn de twee politieke denkwijzen over kapitalisme in twee landschappen verbeeld. De instabiliteit van het kapitalistische systeem is verbeeld door een toren die onderstut wordt door palen, ‘een manifestatie van architectuur als metaforische taal’, aldus Kingma. Om wegwijs te worden in de rijke symboliek in haar werk gaat elke tekening vergezeld van een audiotour en boek met uitleg en detailtekeningen. ‘In mijn tekening van de Babylonian Tower maak je als het ware een wandeling door het kapitalisme, met alle bijbehorende uitwassen en zegeningen.’ Toch waakt ze ervoor een waardeoordeel te geven. ‘Ondanks mijn linkse affiniteit oogt de rechterkant van de toren namelijk veel welvarender en harmonieuzer. Er is niet één waarheid als het om kapitalisme gaat. Ik wil dat mensen zelf ontdekken hoe ze de werkelijkheid ervaren.’ Naast maatschappelijke vraagstukken is haar werk ook geïnspireerd op persoonlijke fascinaties. Zo maakte ze een serie architectonische tekeningen naar aanleiding van een Rome-reis; van haar woonplaats Rotterdam maakte ze een kaart met alle monumenten. Meer literair is Elio, or the House of Time and Space , een vierdimensionaal gebouw dat is opgebouwd volgens principes van kwantummechanica. In een Esscheriaanse kasteeltekening lopen welvende plafonds vloeiend over in muren, gangen en balustraden De Italiaanse dichter Davide Perottoni schreef een bijbehorend gedicht over Elio, een man die uit licht bestaat en gevangen zit in dit kasteel om daar zijn liefdesverdriet te verwerken. ‘Ik werk bij elke nieuwe tekening samen met andere kunstenaars, architecten, wetenschappers of filosofen. Zij voorzien mij van nieuwe ideeën en literatuur. Ik maak de tekeningen maar de ideeën waarop deze zijn gebaseerd, zijn het resultaat van teamwork.’
Popstercultuur
Carlijn Kingma studeerde in 2016 cum laude af aan de TU Delft. Tijdens haar studie Bouwkunde was ze lange tijd verblind door ‘de popstercultuur rond architecten’, waarbij schijnbaar moeiteloos futuristische gebouwen en steden worden gerealiseerd. ‘Maar tijdens mijn stage leerde ik dat de praktijk vooral bestond uit hele dagen achter een computer zitten om wc-tegels te rangschikken. Ik wil ergens in kunnen verdwalen maar ik heb tijdens mijn stage geen boek kunnen lezen, ik was uitgeblust.’ Bij haar afstuderen voldeed ze niet aan de formele exameneis dat een student een maquette en een bouwplan moet kunnen maken. Ze had zelfs geen onderzoeksvraag. ‘Officieel moet je dertig producten laten zien. Zo word je al op je opleidingen in een productiemal gegoten. Ik had maar één product, een animatiefilm die door vijftig van mijn tekeningen bewoog. Daarbij viel je van de ene in de andere tekening. Met een voordracht gaf ik verband aan deze beeldenstroom.’ Ze werd beloond met drie 10-en. Alsof de examencommissie ook al wel wist dat Kingma nooit een functioneel gebouw zou ontwerpen en haar beoordeelde volgens de criteria van haar eigen idioom. ‘Ik wil alleen maar lezen en tekenen, om daarmee verhalen te vertellen.’
New Babylon Award
Toch is het werk van Carlijn Kingma nog steeds diepgeworteld in de architectuur. In haar tekeningen nemen gebouwen een belangrijke rol in; hetzij in de vorm van fictieve historische constructies als de Toren van Babel, hetzij als de gebouwde utopieën van bijvoorbeeld Rem Koolhaas. ‘Architectuur heeft als belangrijkste kwaliteit dat het een ruimtelijke verbeelding is, waarbij uiteenlopende begrippen en uitgangspunten tegelijkertijd en direct met elkaar kunnen worden verbonden, en dus niet lineair zoals in een boek. Dat maakt architectuur zo rijk.’ Bovendien is architectuur de natuurlijke symbiose van kunst en wetenschap. ‘Kunst wil mystificeren, terwijl wetenschap altijd een zo helder en correct mogelijke weergave pretendeert. Architectuur communiceert ook helder en toegankelijk maar zit tegelijkertijd vol metaforen en symbolen.’
Haar oeuvre is nog bescheiden maar haar naam zingt rond. Zo had Kingma tot eind februari 2018 een solotentoonstelling in het Gemeentemuseum Den Haag, de beloning voor het winnen van de New Babylon Award, de prijs voor het beste afstudeerwerk aan de TU Delft op het snijvlak van kunst en architectuur. Tegelijkertijd was ze uitgenodigd door Joep van Lieshout voor een artist-in-residency op zijn AVL Mundo in Rotterdam.
Recentelijk experimenteert ze met andere toepassingen van haar tekentechniek. ‘Ik heb tekeningen gemaakt die als onderlegger fungeren bij een debat. Ook heb ik voor Deloitte Vastgoed een kritische animatiefilm gemaakt over de ontstaansgeschiedenis van het kapitalisme. En ik wil leren etsen.’
Piranesi en Archizoom
Carlijn Kingma’s tekeningen zijn verwant aan het werk van Giovanni Piranesi (1720-1778), de Italiaanse kunstenaar die gesublimeerde tekeningen, etsen en gravures maakte van het klassieke Rome en zelfverzonnen architectuur uit de oudheid. ‘Ik heb onlangs een ets gekocht van Piranesi, mijn eerste kunstaankoop. Ik kan eindeloos kijken naar hoe hij planten, stenen of zelfs modder opbouwt. De structuren van oppervlaktes en materialen die hij nabootst met slechts één penstreek, dat is tovenarij.’ Daarnaast zijn er meer eigentijdse invloeden, zoals de paper architecture van radicale collectieven uit de jaren zestig, zoals Archizoom en Superstudio, die experimenteerden met modulaire megastructuren en futuristische popup cities. ‘Ik vind het fascinerend om het heden te analyseren aan de hand van toekomstscenario’s uit het verleden. Wat moeten we doen om die utopieën uit de sixties te realiseren? Zijn ze nu wel haalbaar? Dat zijn razend interessante vragen die ons veel leren over de wereld van nu.’
Utopische visies
De utopie is een terugkerend thema in het oeuvre van Carlijn Kingma. De pentekening A History of the Utopian Tradition is gebaseerd op tientallen utopische visies, variërend van de Tuin der Lusten, het Marxisme en natuurlijk Thomas More’s Utopia tot de klassieke politieke ideeën van Plato en ook de dystopische roman 1984 van George Orwell. Ongeveer vijf maanden werkte Kingma aan dit werk, waarin de maniakale toewijding en het maakplezier van het papier spat. ‘Eerst doe ik wekenlang niets anders dan boeken en publicaties lezen. In dit geval over utopieën, geschiedenis, filosofie, politiek en architectuur. Vervolgens ga ik tekenen, soms dagen aaneen, onafgebroken van acht uur ’s ochtends tot ’s avonds. Ik maak geen schetsen maar werk meteen aan de tekening.’ Over het belang van utopieën kan ze kort zijn. ‘Ze zijn onmisbaar. Het zijn niet alleen dromen maar ook bakens voor een nieuwe inrichting van de maatschappij. Democratie, het rechtssysteem en het einde van de slavernij zijn ook ooit begonnen als utopie.’
Questionnaire
Favoriet historisch gebouw? Niet verrassend maar toch: het Pantheon. Afgelopen jaar heb ik een aantal maanden in Rome gewoond om een tekening te maken (met Stalker) en ben ik denk ik wel twintig keer in het Pantheon geweest. Het is zo krachtig, eenduidig en adembenemend. Ik ging er vaak vroeg in de ochtend heen aan het eind van mijn hardlooprondje, wanneer er nog bijna niemand anders was.
Favoriet hedendaags gebouw? De gebouwen van Bernard Khoury. Ik weet niet of ik zijn werk echt mooi vind, maar de sferische, duistere en verhalende constructen hebben wel een tijd ontzettend veel indruk op me gemaakt en zijn zeker inspiratiebronnen voor mijn tekeningen.
Favoriet Nederlands gebouw? In Rotterdam Rijnhaven zuidzijde staat een leegstaand industrieel pand naast de Fenixloodsen, waar een glazen vierkante doos (van meerdere verdiepingen) bovenop staat. Telkens als ik daar langs fiets, fantaseer ik over wat we met dat glazen doosje kunnen doen. Een sterrenwacht of een tentoonstelling. Of een spel organiseren door het hele pand, met in de glazen box de ontknoping.
Favoriete architect? Architectenduo Alexander Brodsky en Ilya Utkin. Dit duo maakte in de jaren tachtig en negentig ‘papierarchitectuur’ in Rusland. Verhalende, maatschappijkritische, architectonische constructen. Zij zijn een grote inspiratiebron voor mijn werk.
Favoriete hedendaagse architect? Renato Rizzi. De sensitiviteit van zijn projecten, het poëtische en verhalende van de beelden die hij maakt, de texturen en het gebruik van licht in zijn maquettes en gebouwen, het is prachtig en verademend.
Favoriete Nederlandse architect? Haiko Meijer. Hij gaf een lezing over Onix op een bijeenkomst van Architectura et Amicitia. Ik was onder de indruk van enerzijds zijn passie voor materiaal, duurzaamheid maar vooral ook voor mensen, en anderzijds de sensitiviteit waarmee hij te werk gaat en de relevante en mooie projecten die daar uit voortkomen.
Wanneer niet in Nederland, vanuit welk land zou je dan willen werken? Ontzettend veel landen! Voor de verhalen die ik maak, is het relevant om andere perspectieven en nieuwe contexten te verkennen. Op dit moment zet ik een project op in Detroit, te midden van de ruïnes van de industrie. En verder lijkt het me fantastisch om binnenkort een tijd in Beirut te gaan wonen.
Wat zou je nooit ontwerpen? Het hoofdkantoor van de Primark? Een legbatterij?
Wat irriteert je het meest in het vak? Op de universiteit gaan alle nieuwe studenten in het eerste jaar van de studie een gebouw ontwerpen, vaak zonder enige kennis van het architectuurdiscours. Deze ontwerpen gaan alle kanten op, zijn persoonlijk en vaak geweldig. Vervolgens gaan projecten juist steeds meer op elkaar lijken. Ik snap dat dat logisch en praktisch is, maar ook echt jammer.
Wat is je droomopdracht? Een labyrint ontwerpen en bouwen.
Belangrijkste inspiratiebron buiten architectuur? Verhalenvertellers als Giovanni Battista Piranesi, Pieter Bruegel, Hieronymus Bosch, Konstantin Paustovski, Joseph Campell, Jorge Luis Borges, Erik Desmazières, Joep van Lieshout.
Meest waardevolle advies ooit? Van een goeie vriend: Praktische bezwaren zijn deprimerend en irrelevant in de zoektocht naar schoonheid en waarde.
Tekst: Jeroen Junte
Beeld: Carlijn Kingma
Dit artikel is gepubliceerd in ArchitectuurNL 2 2018
Schrijf je in voor de nieuwsbrief
Ontvang iedere week het laatste nieuws en informatie op het gebied van architectuur in uw mailbox.