The End of Sitting

The End of Sitting

Door: Jeroen Junte | 02-02-2015

‘Staan is het nieuwe zitten.’ Het is een simpele maar doeltreffende samenvatting die landschapsarchitect Ronald Rietveld geeft van The End of Sitting, het meest recente project van RAAAF. Om te testen hoe er staande gewerkt kan worden, ontwikkelde RAAAF de ruimtelijke installatie The End of Sitting. ‘Aangezien er nog geen meubels en architectuur bestaan die specifi ek is ontworpen om staand te werken, hebben we zelf een omgeving moeten bedenken.’

The End of Sitting lijkt inderdaad in niets op bestaande werkplekken. Qua vormtaal doet het eerder denken aan het Holocaustmonument in Berlijn van architect Peter Eisenman. Ongeveer vijftien bij vijftien meter is de experimentele opstelling, die eind 2014 voor het eerst te zien was in een nieuwe ruimte voor kunst en wetenschap aan de Looiersgracht 60 in Amsterdam en die in 2015 mogelijk elders weer opgebouwd wordt. Het bestaat uit een monolithische structuur die wordt doorkliefd door een labyrint van uitwaaierende gangen en nisjes. De nissen zijn gevuld met onder meer ergonomische uitstulpingen boven bilhoogte en horizontale elastieken banden om achterover in te hangen. Het houten bouwwerk is met een sterke grijze acryllaag bedekt, waardoor het oogt als de apenrots in Artis. Maar, zo verzekert Rietveld, die associatie berust volledig op toeval. Vast staat wel dat deze werkomgeving door de experimentele vormgeving ver afstaat van de alledaagse beroepspraktijk. ‘The End of Sitting is geen kant-en-klaar product maar een onderzoek naar staand werken.’

‘Een serie meubeltjes ontwerpen om aan te staan’ is nu eenmaal niet de stijl van Rietveld Architecture-Art-Affordances [RAAAF], de Amsterdamse ontwerpstudio op het snijvlak van architectuur, kunst en wetenschap, die vier jaar geleden indruk maakte met een onderzoek naar leegstaand erfgoed in Nederland. Dat resulteerde in de ruimtelijke installatie Vacant NL op de Architetuurbiënnale in Venetië, die bestond uit duizenden uit piepschuim gesneden replica’s van leegstaande bunkers, forten, kerken, kloosters, kastelen, ziekenhuizen, vuurtorens, watertorens, postkantoren, gevangenissen, paleizen en vliegvelden. Ook The End of Sitting, zoals het project werd gedoopt, zou een installatie worden. ‘In veel kantoren hangt kunst aan de muur. Maar wat nou als de complete werkomgeving een kunstobject is? Dus hebben we gezocht naar een totaalinstallatie die continu uitdaagt om op verschillende manieren te staan.’

Zitten is dodelijk

Dat onderzoek begon met de vraag van het Atelier Rijksbouwmeester naar een onderzoek naar het Nieuwe Werken, vertelt Ronald Rietveld. Net op dat moment las hij een artikel in het NRC Handelsblad met de kop Zitten is dodelijk. ‘De samenleving is nog steeds ingericht op zitten – van het kantoor en scholen tot de huiskamer. Maar staan is niet alleen gezonder maar ook efficiënter. Het is wetenschappelijk bewezen en invloedrijke media als de BBC en The New York Times hebben uitvoerig gepubliceerd over de voordelen van staand werken. En toch blijven we zitten?!’ Voordat kon worden begonnen met het ontwerpen van staplekken, werd eerst een historische analyse gemaakt van de werkplek. Daaruit bleek dat zitten niet altijd de norm was. ‘In de middeleeuwen werkten de monniken in kloosters nog aan lage tafels en aan hoge lessenaars’, zegt Rietveld, terwijl hij een tekening laat zien. ‘De werkhouding was een mix van staan, leunen en zitten.’ De kentering naar zittend werken kwam bij de industrialisatie in de 19de eeuw. ‘Kantoorwerk werd steeds meer gestandaardiseerd en gefragmentariseerd. Werknemers moesten de hele dag hetzelfde doen. Door ze aan lage tafels te zetten kun je ze ook nog eens beter controleren’, is de aanvulling van ontwerper Arna Mackic van RAAAF.
Kortom, weg met de werktafels, de bureaus en de stoelen. Daarvoor in de plaats bedacht RAAAF een zevental werkposities, variërend van hangend in elastieken tot leunend met een verende ondersteuning in de rug. ‘Er zijn een aantal fysieke voorwaarden. De voeten moeten precies 90 graden staan ten opzichte van de benen en het lichaam. De benen moeten blijven bewegen. De onderrug moet kunnen leunen.’ Voor de visualisatie en ook realisatie van een innovatief kantoorlandschap, waarin alle werkposities zijn geïntegreerd, werd samengewerkt met beeldend kunstenaar Barbara Visser. ‘Zij heeft het project uitgetild boven alleen een idee over staand werken. Het is nu ook een ruimtelijk statement.’

Ontwerpdilemma’s

Uitgangspunt in het ontwerpproces tot ruimtelijke sta-modules was het filosofische begrip affordances, ingebracht door broer Erik Rietveld, filosoof en tevens partner in RAAAF. ‘Hoe kun je objecten ontwerpen die gebruikers op een intuïtieve manier begrijpen en zich kunnen toe-eigenen, zonder dat ze de controle over hun handelen verliezen.’ Dat betekent ook dat je je over praktische vragen moet buigen. ‘Hoe maak je een staande werkplek geschikt voor iemand met hoge hakken? Hoe maak je de werkplek toegankelijk?’, aldus Mackic. Of op een meer abstract niveau: ‘Hoe verhoudt deze flexibele werkomgeving zich tot hiërarchie? Kan de leidinggevende zich nog wel onderscheiden?’
Vervolgens speelden er ook praktische ontwerpdilemma’s. ‘Hoe passeer je elkaar in de smalle gangen waarin staande wordt gewerkt? Fysiek contact is dan onvermijdelijk. Maar misschien doen we wel veel te spastisch over het aanraken van elkaar. Wat begon als het bevragen van zittend en staand werken, werd een steeds omvangrijker onderzoek naar een nieuwe werkomgeving. Waarbij nieuwe vragen rezen, zoals hoe de ideale computer voor staand werken eruit ziet?’

Interdisciplinair onderzoek

De installatie The End of Sitting stond slechts drie weken in Looiersgracht 60 in Amsterdam. Mackic: ‘In deze tijd hebben we expertmeetings gehad met bewegings- en gedragswetenschappers, kunstenaars, architecten en ontwerpers, filosofen, mensen uit het bedrijfsleven, noem maar op. Je moet je als architect durven omringen met mensen die meer weten dan jij. Je moet altijd open staan voor de ideeën van mensen uit andere vakgebieden. Niet voor niets is architectuur het meest beïnvloed door mensen met roots in een andere discipline. Vitrivius was een militair strateeg. Gerrit Rietveld was meubelmaker. Rem Koolhaas begon als journalist, Daniel Libeskind als muzikant. Ludwig Wittgenstein was een filosoof.’
Een van de onderzoeken werd uitgevoerd door Rob Withagen en Simone Caljouw van het Centrum voor Bewegingswetenschappen van het Universitair Medisch Centrum Groningen en de Rijksuniversiteit Groningen. ‘Vanuit het principe van affordances hebben we onderzocht tot welke handelingsmogelijkheden de gebruikers worden aangetrokken. Daarvoor hebben we studenten eerst laten werken in een klassieke zitopstelling en vervolgens in de sta-installatie.’ Hoewel wetenschapper Withagen niet wil vooruitlopen op de analyse van het onderzoek, laat een eerste snelle analyse toch enkele opvallende verschillen zien. ‘In de sta-module wordt er meer bewogen. De meeste gebruikers claimen ook niet één vaste plek maar lijken te zoeken naar een houding die het beste past bij een specifieke werkzaamheid, bijvoorbeeld lezen of typen.’ De eerste bevindingen van de gebruikers waren opvallend eensgezind: ‘Na het werken in de sta-module rapporteerden mensen dat hun benen meer vermoeid waren maar dat ze zich wel energieker voelden.’

Denkomslag

De Rijksbouwmeester heeft belangstelling getoond in een vervolgtraject over staand werken. The End of Sitting heeft met publicaties in vooraanstaande media als De Volkskrant en Vrij Nederland de voornaamste doelstelling gehaald: ‘Het is een experiment dat discussie moet los maken. Want de architectuur zit muur- en muurvast’, aldus Rietveld. ‘Er worden geen radicale vernieuwingen ingevoerd. Niet alleen door de beknellende regelgeving en de verlammende werking van het grootkapitaal. Je hoort architecten nu opeens zeggen: door de crisis ben ik anders gaan denken. Kom op, hoe anders denk je als de voorradigheid van geld nog steeds je voornaamste drijfveer is?’ Met The End of Sitting wil RAAAF niets minder dan een denkomslag bewerkstelligen. ‘Wij zijn geen spullenontwerpers, wij ontwikkelen denkmodellen. Natuurlijk moeten de werkhoudingen functioneel zijn en moet de installatie er goed uit zien. Anders beklijft een idee niet. Maar de installatie hoeft niet één-op-één in een kantoorpand passen. Dit is slechts een verkenning van hoe staand werken eruit kan zien.’

Projectgegevens

Bouwjaar:2014.
RAAAF studio support:Clemens Karlhuber, Bastiaan Bervoets, Elke van Waalwijk van Doorn, David Habets, Mees van Rijckevorsel, Marius Gottlieb, Janno Martens.
Productie:Landstra & de Vries, m.m.v. Schaart Adventures.
Mogelijk gemaakt door:Mondriaanfonds, Stichting DOEN, Amsterdams Fonds voor de Kunst, Looiersgracht 60, de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).
Opdrachtgever:RAAAF i.s.m. Looiersgracht 60.
Ontwerp:Ronald Rietveld, Erik Rietveld, Arna Mackic.
Tekst:Jeroen Junte.
FotografieJan Kempenaers, Ricky Rijkenberg

Gerelateerd

Tags: , , ,